Nieuws /
Het Ondernemersfonds in Súdwest-Fryslân kan blijven. Burgemeester en wethouders willen de afspraken met en over het fonds met vier jaar verlengen, tot en met 2023. Het woord is nu aan de gemeenteraad.
Het Ondernemersfonds is per 1 januari 2016 in het leven geroepen, op initiatief van de ondernemers zelf. Het idee is dat ondernemers dankzij het fonds meer samenwerken en met elkaar plannen maken die de regionale economie versterken.
“Dat is zeker gelukt”, zegt wethouder Maarten Offinga. “We zien een duidelijke groei. Van het budget van het fonds komt nu 80 procent ten goede aan projecten.” Tegelijkertijd stelt hij vast dat het vooral in de kleine kernen lastig is om projecten van de grond te krijgen. “Het zijn nu vooral nog de grote en middelgrote kernen die erg actief meedoen, zoals Sneek, Bolsward, Workum en Makkum.”
Positief is dat in de grote kernen de al bestaande samenwerking is versterkt, zo blijkt uit de evaluatie die het Ondernemersfonds door een onafhankelijk bureau liet uitvoeren. “In een groeiend aantal kleine kernen worden de mogelijkheden van het fonds herkend, waardoor er nu meer samenwerking van de grond komt. Tegelijkertijd is gebleken dat er vooral in de kleine kernen wrijving is ontstaan, tussen voor- en tegenstanders van het fonds.”
Toch is het leeuwendeel van de ondernemersverengingen, die aangesloten zijn bij de overkoepelende federatie ‘Stichting Ondernemers Súdwest-Fryslân’, positief over het Ondernemersfonds. Wel adviseert de federatie het fonds om meer energie te steken in de kleine kernen. Ook Offinga vindt dat van groot belang. “De ambitie is nog steeds dat het een fonds is van, voor en door zo veel mogelijk ondernemers, ook in de kleinere kernen.”
Een ander goed punt noemt hij dat het fonds het ondernemers gemakkelijker maakt hun bijdrage terug te krijgen in het geval hun kern niet meedoet (zogeheten retributie). Verder juicht hij toe dat het fonds zelf nog eens kritisch naar de eigen opzet kijkt.